De getroffen kazemat bij AsschatZe zijn het meest in het oogspringend bewijs voor het militair verleden van de Grebbelinie; kazematten. Bedoeld om dekking te bieden aan schutters en hun kostbare mitrailleur, zodat de vijandelijke aanval na de inleidende artilleriebeschietingen kon worden gestuit.

Dat was de les van de Eerste Wereldoorlog. Terwijl de omringende landen bouwden aan imposante forten en kolossale bunkers, zocht het Nederlandse leger bescherming in kleine kazematjes, door Duitse spionnen beschreven als ‘mensenvallen’. De 271 betonnen werkjes in de Grebbelinie waren dan ook bedoeld om de licht bewapende voorhoede mee ‘op te houden’ en niet om de hardnekkige verdediging mee te voeren, zoals in februari 1940 beslist werd. Het opperbevel liet nieuwe zware kazematten ontwerpen; betonnen groepsschuilplaatsen, uitkijkposten en zware gevechtskazematten, die de Grebbelinie tevens extra diepte moesten verschaffen. De werkzaamheden zouden afgerond zijn in oktober 1940. In mei 1940 bestonden deze kazematten slechts op papier.

Het woord kazemat komt van het Italiaanse casa armata, gewapend huis. Men duidde er oorspronkelijk kanonkelders mee aan, die in de rondelen van vestingen waren gemetseld. Sinds de Eerste Wereldoorlog werden dergelijke geschutskamers ook ‘in het veld’ gebouwd, gemaakt van (gewapend) beton. Dit materiaal zorgde ervoor, dat de dekkingen voortaan niet meer in meters, maar in centimeters worden gemeten. Sinds de Tweede Wereldoorlog worden betonnen onderkomens in de volksmond vaak aangeduid met ‘bunker’, het Duitse woord voor het Nederlandse ‘kazemat’. Zonder geschutsfunctie noemen we ze ‘groepsschuilplaatsen’.

Al tijdens de Eerste Wereldoorlog werden betonnen kazematten in Nederland gebouwd. In de jaren dertig verrezen de meest imposante exemplaren rond de Afsluitdijk bij Den Oever en Kornwerderzand. Toen de dreiging van een nieuwe oorlog voelbaar werd in Europa, liet Nederland in 1930-1936 bovendien brugkazematten en VIS-kazematten bouwen. In de Grebbelinie werden in die periode twee kanonkazematten bij de Grebbesluis gebouwd. In de mobilisatieperiode 1939-1940 kwamen er in de linies nog veldlegerkazematten bij. De belangrijkste verantwoordelijke voor de bouw van Nederlandse kazematten werd echter het Centraal Inundatie en Technisch Bureau, het CITB. De kazematten die door hen gebouwd werden waren Stekelvarken(S), de Flankerende Betonkazemat (B) en de Gietstalen kazemat (G).

Kazematbestekken 1939-1940

In de jaren voor de oorlog werkte Nederland koortsachtig aan de bouw van kleine kazematten. De werkzaamheden werden vastgelegd in bestekken, zodat we kunnen onderzoeken welke kazematten zouden worden gebouwd. In de meeste gevallen gaat het over flankerende betonkazematten(B), stekelvarkens met drie schietgaten(S3) en gietstalen koepels(G). Ook is er iets te zien over de periode en de linie. De kazematten bij Kornwerderzand staan niet in dit overzicht; deze werden een paar jaar eerder gebouwd. Ook de kazematten van het veldleger staan niet in deze bestekken. Dergelijke kazematten kwamen voor in de Grebbelinie, Betuwestelling en Peel-Raamstelling.

 

Bestekken Nummer Arch Totaal G B S3 S2/4 S5/7 Szw Fr Szw Fl
N-Nederland 65 63 2
IJssel Noord 409/1939 IJ.N.5 26  60 23  22  15
IJssel Noord 389/1939 IJ.N.4 24  67 37  17  13
IJssel Zuid 389/1939 IJ.N.3 23  73 35  17  21
IJssel Zuid 389/1939 IJ.N.2 22  66 34  12  20
IJssel Zuid 389/1939 IJ.N.1 21  59 28  11  20
IJssel Zuid 428/1939 27  6  6
Vak Elst* 465/1939 30  69 29  2  35  3
Vak Grave 390/1939C  76 76 26  17  33
Vak Boxmeer 355/1939  18  132 56  17  59
Vak Venlo 318/1939  17  58 50  8
Vak Venlo 463/1939  28  17 6  11
Vak Roermond 317/1939  16  51 24  27
Vak Roermond 464/1939  29  35 16  18  1
Maas Wessem 120/1940K  56 6  3  3
T.B.Zd.Limburg 534/1939  42 18  9  9
T.B.Zd.Limburg 598/1939  50  18  11 1  6
Zuid Limburg  40  40
Eemlinie 575/1939GG  48  24 2  4  6      8  4
Grebbelinie 478/1939AA  31  81 38  4  37    1  1  
Grebbelinie 607/1939HH  53  11 5    6        
Grebbelinie 488/1939CC-A  33  17 11  2  4        
Grebbelinie 489/1939CC-B  34  22 14  3  5        
Grebbelinie 607/1939HH  57  1      1        
Grebbelinie 607/1939HH  58  1            1  
Grebbelinie 490/1939CC-C  35  23 9  3  10  1      
Grebbelinie 491/1939CC-D  36  22 12  2  6    1  1  
Grebbelinie 518/1939DD  39  35 26    7    1  1  
Grebbeberg 519/1939EE  40  34 27    6      1
Ochten/Spees  9  9
Ochten-MWaal 479/1939BB  32  28 18  1  4  1  4
MaasWaal 605/1939  52  3  1  2
MaasWaal 520/1939FF  41  20 15  4  1
Peel Raam 574/1939G  47  39 4  7  28
Peel Raam 576/1939F  49  39 4  4  31
Peel Raam 572/1939E  46  39 3  7  29
Peel Raam 511/1939A  37  66  66
Peel Raam 573/1939D  45  25 9  16
Peel Raam 549/1939C  43  40 7  2  31
Peel Raam 550/1939B  44  40 6  3  31
Nederweert 119/1940J  55  43  9  27  1  6
Zanddijk 384/1939  19  10  10
Zanddijk/Rill 385/1939  20  10  10
Zeeland/Vlis 512/1939  38  10 9  1
Zeel./Zanddijk 610/1939  54  2  2
Wijk/Schev/Ho 599/1939  51  20 20
Wijk aan Zee  31  31
Scheveningen  8  3  5
Hoek v Holland  17  7
Den Helder**  33  16  7  10
Vesting Holland DEMKA  50 50
Vesting Holland Cockerill  50 50
Ves H/Jutphaas Cockerill  4 4
Vesting Holland Rijn-Vechten 137  3 3
Utrecht  10  10
 Totaal  1836 710  214  763  2  73  48  25

* Vak Elst: inclusief Fort Pannerden ** Den Helder: niet alle types zeker

Bron: Sander van Valen