Eigenlijk is het een klein wonder dat ze er nog zijn. Versperringen. Nadat de Duitse troepenmacht de eerste serie hindernissen had verwijderd, was het in juni 1940 de beurt aan de ‘Opbouwdienst’. Vervolgens begonnen werkeloze burgers uit het westen met het slechten van de stellingen. Het opruimen van mijnen, loopgraven, prikkeldraad, ‘asperges’ , betonblokken en omgevallen bomen duurde tot 1942. Na de oorlog leken de laatste restjes te verdwijnen onder hogere dijken en nieuw asfalt van bredere wegen. Toch zijn ze er nog. Al liggen ze tegenwoordig alleen nog waar niemand de restanten als versperring ervaart.

Hieronder volgt een globaal overzicht van versperringen in de Grebbelinie. De versperringen zijn tevens terug te vinden op de kaartjes van de Cultuurhistorische Gids Grebbelinie.

De aspergeversperring

  • Typebeschrijving: 1 Meter dik gewapend betonblok, ingegraven in de weg en voorzien van 1 of 2 rijen I-palen, de asperges. Deze palen konden in uitsparingen van het beton(kokers) worden gestoken. De kokers waren in vredestijd afgesloten met deksels, zodat het verkeer er weinig hinder van ondervond. Geplaatste asperges konden niet meer verwijderd worden, wanneer de weerhaken in de kokers waren uitgeklapt.
  • Functie: Afsluiten van wegen over de gehele breedte voor tanks en pantserwagens.
  • Bouwjaar: 1939-1940
  • Ontwerp: CITB, 29 januari 1935

Bijzonderheden: Er waren drie uitvoeringen van de Aspergeversperring. Type 1 had een enkele rij palen, type 2 kende twee rijen palen achter elkaar en type O voor de Peel-Raamstelling. De laatste leek op type 1, maar was lichter. Tijdens (nacht!)oefeningen van het Nederlandse leger bleek, dat een rij asperges in een kwartiertje te stellen waren. De palen werden bewaard in een palenbergplaats, op korte afstand van de plaats die versperd moest worden.

Aantal: Het totale aantal versperringen van dit type in de Grebbelinie is niet exact bekend. Er zijn er minimaal 34 geplaatst.

RESTANTEN
Totaal in de Grebbelinie: De Stichting Grebbelinie doet onderzoek naar de restanten van de aspergeversperringen. Tot op heden zijn meer dan 10 versperringen van dit type teruggevonden. De posities van de versperringen staan ingetekend op kaartjes van de Cultuurhistorische Gids van de Grebbelinie. De stalen I-balken zijn in alle gevallen verwijderd, terwijl de meeste versperringen alleen nog zichtbaar zijn aan weerszijden van de geasfalteerde weg. De Stichting Grebbelinie heeft het initiatief genomen om de versperring op de Schalm deels te herstellen, zie foto.

Amersfoort: Ten oosten van het Werk aan de Glashut ligt het restant van versperring V 45. De versperring ligt in de voormalige provinciale weg Amersfoort-Bunschoten, ongeveer 350 meter van het Valleikanaal. De rij bomen herinnert nog aan het traceé van deze weg in de gemeente Amersfoort, die momenteel niet veel meer is dan een paadje in het verlengde van de Schans. De hindernis werd na 5 maart 1940 aangelegd en telde 23 kokers.

Leusden: Op korte afstand (200 m) van het Voorwerk op de Asschatterkade ligt het restant van versperring V 50. Deze afstand komt overeen met de richtlijnen die voorschreven dat de wegversperringen op 150-300 meter van de kazematten moesten worden geplaatst. Ook het fundament van de palenbergplaats is nog terug te vinden langs de Asschatterweg. In het beton zaten 15 kokers.

Scherpenzeel: Er resteert slechts een monument met de bekende I-balk, die de weerstand in de Voorposten van de Grebbelinie verbeeldt. De versperring is echter niet gesloopt, maar ligt nog ‘gewoon’ onder de klinkers van het wegdek. De historische vereniging in Scherpenzeel, die zich indertijd verzette tegen het verdwijnen van de hindernis, verwacht dat ze daarom vroeger of later ‘vanzelf weer boven water’ komt. Het boerenweggetje is tegenwoordig een belangrijke straat binnen de bebouwde kom.

Veenendaal: Paralel aan het spoor ligt op korte afstand van het Fort aan de Buursteeg een fraai restant van een aspergeversperring, type 1. In tegenstelling tot de andere hindernissen is het beton hier na de oorlog niet geasfalteerd en is versperring V 107 nog over de volle breedte te bewonderen. De hindernis moest niet alleen de spoorlijn afsluiten, maar ook de dijkjes aan weerszijden van het spoor. Toen het beton in 1943 door Rijkswaterstaat werd geïnspecteerd kon men niet meer vaststellen hoeveel kokers de versperring telde. In de Cultuurhistorische Gids van de Grebbelinie staat echter een oude foto van het object, waaruit we kunnen opmaken dat er minimaal 60 asperges in waren gestoken. Ook V 106 in de Klompersteeg is nog aanwezig.

Ederveen: In de voormalige voorposten bij Ederveen ligt nog een restant van een aspergeversperring onder de Buurtweg. Een straatbewoner herinnerde zich nog de prikkeldraadversperringen die ter hoogte van de hindernis aan weerszijden van de weg lagen. Iets verderop lagen de soldaten in hun aarden stellingen. Op 10 mei ’s morgens zagen de bewoners soldaten bij de versperring. Ze hoorden dat het oorlog was en werden geëvacueerd. Toen men omkeek zagen ze de vlammen uit het huis slaan, omdat deze geruimd moesten worden om het schootsveld vrij te maken. Diezelfde ochtend werden de asperges in de kokers geplaatst.

Renswoude: Maar liefst vier vechtwagenversperringen zijn teruggevonden in de gemeente Renswoude. In de Schalmlaan steken beide betonblokken nog aan weerszijden van de weg een flink stuk uit. De zuidelijke versperring ligt in het schootsveld van de Batterij aan de Schalm (V 56), terwijl de noordelijke (V 55) aansloot op de tankgracht, die zich door het landschap slingerde. In de Emminkhuizerlaan zijn de twee versperringen (V 53 en V 54) nog allebei aanwezig.

Spoorstavenversperring

  • Typebeschrijving: Ingebetonneerde spoorstaven in een betonnen raamwerk, dat met aarde kon worden gevuld. Deze werden in de Grebbelinie toegepast op plaatsen waar aspergeversperringen geen optie waren.
  • Functie: Afsluiten van wegbermen en dijken voor tanks en pantserwagens.
  • Bouwjaar: 1939-1940
  • Bijzonderheden: De versperringen werden naast elkaar geplaatst om voldoende breedte te bewerkstelligen voor de dijk of berm.
  • Aantal: Het totale aantal versperringen van dit type in de Grebbelinie is niet bekend. Ze zijn op minimaal 3 locaties geplaatst.

RESTANTEN
Totaal in de Grebbelinie: drie versperringen zijn teruggevonden. Omdat het semipermanente versperringen betreft, is het logisch dat deze minder goed zijn vastgelegd op documenten en na de oorlog eenvoudiger te slopen waren. Daarom zijn ze nu relatief zeldzaam.

Spakenburg: Op de Oostdijk bij Spakenburg liggen de meest bekende exemplaren van dit type. Het zijn er nog 5; de hindernissen op de kruin van de dijk zijn verwijderd t.b.v. het fietspad. De versperring is in 2000-2001 opgeknapt. Bovendien is er een informatiezuiltje geplaatst.

Leusden: delen van een dergelijke versperring zijn na de oorlog gebruikt in een schuurtje. Na het slopen van het schuurtje in 2020 konden de elementen naast elkaar bewaard blijven.

Amersfoort/Hoogland: Langs de weg Den Ham-Amersfoort stonden in 1940 tenminste drie van deze versperringen opgesteld. Eén daarvan werd teruggevonden bij graafwerkzaamheden. De Stichting Grebbelinie in het Vizier liet de versperring restaureren. Het resultaat is te bezichtigen op de liniedijk bij Hoeve de Beek.

Staalkabelversperring

  • Type: Stalen palen met staalkabels over de gehele breedte van de weg(Wageningen-Rhenen).
  • Functie: Afsluiten van de toegang tot de Grebbesluis en Hoornwerk voor tanks en pantserwagens. Gestuite voertuigen konden vanuit kazemat P.11 onder vuur worden genomen. Tegen infanterie was hier tevens een prikkeldraadversperring aangebracht
  • Bouwjaar: 1936
  • Ontwerp: CITB, 1935
  • Staat: De kabelversperring is bij wegwerkzaamheden na de oorlog gesloopt.

Bijzonderheden: Deze versperring zou in eerste instantie worden gebouwd bij de Klaarwaterse brug in Hoevelaken(1935). In januari 1936 koos men voor de locatie ‘Grebbesluis’. In 1945 werd deze constructie ook door de bezetter gebruikt. Links en rechts van de barrière plaatste men een versperring van bomen.

Drakentandenversperring

  • Beschrijving: Op de Coelhorsterkade ligt een unieke Nederlandse drakentandenversperring. De enige versperring in de Grebbelinie die enigszins te vergelijken is met deze hindernis is het betonraam met blokken op de Asschatterkeerkade. De laatste is goed te bereiken via het pad over de kade. De Coelhorsterkade maakt geen deel uit van de openbare weg.
  • Type: Dubbele rij drakentanden van gewapend beton, enigszins vergelijkbaar met het Duitse type, dat in de Westwall werd gebruikt. Over de Nederlandse bouw bestaat echter geen twijfel. Bij het verslag van de Nederlandse verdedigingswerken in 1940 werd de hindernis door de bezetter besproken en gefotografeerd.
  • Functie: Afsluiting van de Asschatterkeerkade en de Coelhorsterkade tegen tanks en pantserwagens. Jaar: 1939-1940
  • Staat: Afgezien van de middelste 2(x2) ‘tanden’ is de versperring op de Coelhorsterkade nog intact. Het fundament van de ontbrekende stukken beton is nog zichtbaar. De versperring op de Asschatterkade is relatief gaaf.

Bijzonderheden: De Coelhorsterkade is na de oorlog lang gebruikt als voetpad. De kade is echter niet toegankelijk. In het Denkschrift über die Niederländische Landesbefestigung wordt deze versperring apart genoemd. De kade was destijds nog niet begroeid met bomen of struiken. Ook heeft een dergelijke versperring op de Glashutterkade gestaan. De Stichting Grebbelinie ontdekte dit op foto’s. Een artikel hierover verscheen in Grebbelinie in beeld, nummer 19 (mei 2017)